2.2 Remming metabolisme van nucleïnezuren
Enzymen die betrokken zijn bij de synthese van purines en pyrimidines en verbindingen die nodig zijn bij het aanmaken van de celwand hebben vaak foliumzuur-achtige cofactoren nodig. Die zijn er over het algemeen als volg uit: RSO2NH2 . In de afwezigheid van deze cofactoren zullen bacteriële cellen niet in staat zijn om te groeien of om te delen. De mens kan deze cofactoren uit voeding halen of uit vitamine preparaten. En kan folimzuur omzetten tot de actieve vorm tetrahydrofoliumzuur. De antibiotica groep, sulfonamiden, zijn in staat om ervoor te zorgen dat bacteriën geen tetrahydrofoliumzuur kunnen maken uit anderen uit andere stoffen. De meest gebruikte antibiotica hiervoor is sulfamethoxazol.
Bacteriën die geen foliumzuur kunnen opnemen zijn wel in staat om een soort gelijk product te synthetiseren, dit doen ze door middel van het molecuul para-aminobenzeenzuur (PABA) samen met pteridine en glutamaat om te zetten in dihydrofolic acid waarna er doormiddel van NADPH en H atomen toch tetrahydrofoliumzuur kan worden gevormd (zie afbeelding), dit kan worden gebruikt voor de synthese van een nieuwe celwand. De sulfonamide antibiotica zorgt ervoor dat de omzetting wordt geblokkeerd omdat ze lijken op het molecuul PABA. Ze blokkeren de omzetting van PABA naar dihydryfolic acid. Het blokkeren van de reactie zorgt ervoor dat er uiteindelijk geen synthese van de celwand kan plaats vinden. [10]

Omzetten van PABA tot dihydrofolic acid